Suiker of vet verbranden?
Bij een traditioneel Westers eetpatroon, dat voor een groot deel uit koolhydraten bestaat, verbrandt je lichaam voornamelijk koolhydraten om aan energie te komen. Dit verbrandingsproces gaat als volgt in zijn werk; de koolhydraten die je binnenkrijgt worden door je lichaam omgezet in glucose. Vervolgens maakt je alvleesklier insuline aan om ervoor te zorgen dat de glucose wordt opgenomen door de spieren. Wanneer je teveel koolhydraten binnenkrijgt dan zorgt de insuline ervoor dat die extra energie wordt opgeslagen, in de vorm van (buik)vet. Maar beperk je het aantal koolhydraten, dan gaat je lichaam niet uit je koolhydraatreserves, maar uit je vetreserves putten om aan energie te komen. Oftewel; vetverbranding! Bij dit vetverbrandingsproces komen vervolgens zogenaamde ketonen vrij. Vandaar dat dit proces ketose genoemd wordt. Over het algemeen duurt het een aantal dagen voordat je in ketose komt.
Je kunt het lichaam suiker afhankelijk maken door te veel suikers te eten. Suiker is een lichaamsbrandstof die makkelijk beschikbaar is en zonder bijkomst van veel zuurstof (hoge intensiteit sporten) toch energie geeft. Dit is ongeveer 4,5 calorieën per gram. Hierdoor “verwen” je het lichaam en wil het steeds vaker suiker als brandstof, omdat dit maar beperkt beschikbaar is, waardoor het ineffectief wordt als het om de vetverbranding gaat.
Als je minder suikers gaat eten, gaat het lichaam langzaam over op vetverbranding om toch aan de benodigde energie te komen. Dit is erg effectief omdat vet ruim 9 calorieën per gram oplevert. Denk bij minder suikers vooral aan de toegevoegde suikers (lege calorieën), zoals in wit meel, witte rijst of pasta, wit brood, snoep, frisdrank etc. Deze producten leveren een hoog koolhydraatgehalte en nauwelijks goede voedingsstoffen op. Eet in plaats daarvan, volkoren of spelt producten. Deze leveren meer voedingsstoffen en zijn dus veel beter voor het lichaam.
Hoe effectiever het lichaam wordt met de vetverbranding, des te makkelijker je op gewicht kunt blijven.
